zondag 30 juni 2013

Graspop 2013 dag 3 * 30 juni 2013, Dessel - België



Graspop Metal Meeting dag 3
28, 29 en 30 juni 2013, Dessel - België




We hebben op de derde dag de volgende bands gezien, Voodoo Six, Heaven's Basement, Bullet, Moonspell, Red Fang, Stone Sour, Ghost, The Sword, Epica en Iron Maiden.


Voodoo Six

Toen we de derde dag naar het taxibusje liepen bij de receptie van Sunparks kwamen we voor de derde keer onze Duitse "vrienden" tegen. We konden mooi de prijs weer delen en gezellig keuvelend zijn we ook vanaf de taxi standplaats tot op het festivalterrein met elkaar opgelopen. Helaas was Robin er vandaag niet meer bij, hij ging samen met Renate weer naar huis. Hij moest leren en morgen een belangrijk pta (proefwerk) maken. Vandaag begonnen we met Voodoo Six, lekkere hardrock wat er op de Mainstage niet helemaal geweldig uitkwam. Toen naar Heaven's Basement in de Metaldome. Een vrij nieuwe band en dit was een leuk optreden met een hyperactieve zanger en drummer. De frontman ging zelfs liggen het publiek nog in en na het concert had de drummer wel acht kapot geslagen drumstokken in zijn hand. Da's knap in veertig minuten.


Heaven's Basement

Frontman heeft ADHD denk ik

Setlist Voodoo Six:
Falling Knives, Sink or Swim, Stop, Something for You,
Take the Blame, Your Way, All That Glitters en Long Way From Home.
Setlist Heaven's Basement:
Welcome Home, Can't Let Go, Fire, Fire, Nothing Left to Lose, I Am Electric,
Heartbreaking Son of a Bitch, Reign on My Parade en Executioner's Day.


Bullet was beter dan gedacht

De paal van Marquee 1 door het dak

Van Bullet verwachte ik eigenlijk niet zoveel, had het wel geluisterd maar vond het kwalitatief al een stuk minder als bijvoorbeeld Airbourne. Maar dat viel live erg mee, was erg leuk en bepaald niet slecht. Het zijn geen wereldtoppers maar het is wel jammer dat dit soort bandjes niet wat vaker gewoon in een klein zaaltje in de buurt (bijvoorbeeld Tivoli de Helling) optreden. Moonspell luisteren vind ik thuis nog steeds leuk, vooral de laatste cd Alpha Noir Omega White vind ik grandioos maar op één of andere manier grijpt het me live niet zo. Dit is me nu al twee keer overkomen en ik snap het eigenlijk niet zo goed. Maar goed daardoor waren we mooi op tijd voor Red Fang en dit werd een geweldig optreden. Heerlijke stonerrock met veel reactie uit het publiek en er ontstonden diverse pits. Zeer de moeite waard.


Moonspell

Red Fang was erg goed

Setlist Bullet:
Thunder (Intro), Rush Hour, Turn It Up Loud, Full Pull,
RollingHome, Highway Pirates, Dusk Til Dawn, Rebels Return en Bite the Bullet.
Setlist Moonspell:
Axis Mundi, Alpha Noir, Finisterra, Opium, Lickanthrope,
Em nome do medo, Vampiria, Alma Mater en Full Moon Madness.
Setlist Red Fang:
Hank Is Dead, Into the Eye, Wires en Prehistoric Dog.

Op weg naar Mainstage

De twee oudjes

Stone Sour

Geweldig optreden Ghost

Setlist Stone Sour:
Gone Sovereign, Absolute Zero, Mission Statement, Made of Scars, Do Me a Favor,
RU486, Say You'll Haunt Me, Children of the Grave, Get Inside en 30/30-150.
Setlist Ghost:
Masked Ball (Intro), Infestissumam, Per Aspera ad Inferi, Con Clavi Con Dio,
Elizabeth, Death Knell, Year Zero, Ghuleh/Zombie Queen, Ritual en Monstrance Clock.


The Sword

Epica

Stone Sour op de Mainstage kon me eigenlijk niet zo boeien. Bij één nummer konden ze dat wel en dat was een Black Sabbath cover namelijk Children of the Grave. Daardoor kon ik mooi op tijd naar Ghost, deze band had ik al eens eerder gezien en was toen onder de indruk. Ook nu was het weer erg geslaagd, jaren zeventig rock met wat hardere gitaren en een bijzondere sfeer door de verklede bandleden op een mooi aangekleed podium. Je waant je bij een wat afwijkende kerkdienst en de muziek is ook nog eens goed. Daarna natuurlijk naar Epica, de grote favoriete band van de familie van Bart. Ze hebben de band wel 100 keer zien optreden, voor mij werd het de 5e keer. De laatste keer in 013 was ik er niet geheel kapot van en dat vond ik jammer want al die keren daarvoor vond ik het zeer geslaagd. Nu werd het weer helemaal goed gemaakt! Schitterend optreden door een prima bij stem zijnde en hoogzwangere Simone en haar band. Helaas liep het voor mij niet helemaal goed af, vlak voor het einde van het optreden was mijn telefoon gejat. We waren zelf een pit begonnen en er zat al snel een hele rare meid tussen, waarschijnlijk was zij een afleidingsgeval ofzo. Ze botste tegen iedereen op en deed net of ze flink aangeschoten was. Ook mijn horloge was weg, deze werd later teruggevonden vooraan vlakbij het podium. Dit Hema geval was natuurlijk van geen waarde en weer weggegooid. Bij Kreator op de eerste dag was er ook al een gozer geweest die bijna in mijn broekzak zat en toen had ik het in de gaten. Dus alle dagen goed opgelet en dan gebeurt het toch nog vlak voor het einde van het festival. Oost-Europese bendes schijnen erg actief te zijn op festivals en concerten (bij Billy Talent op afgelopen 2 mei in Tivoli was het ook al raak geweest). 


Rob denkt, ik heb Simone zwanger gemaakt...

Setlist The Sword:
How Heavy This Axe en The Veil of Isis.
Setlist Epica:
Karma (Intro), Monopoly on Truth, Sensorium, Unleashed, Martyr of the Free Word,
The Obsessive Devotion, Quietus, Cry for the Moon, Storm the Sorrow en Consign to Oblivion.
Setlist Iron Maiden:
Moonchild, Can I Play with Madness, The Prisoner, 2 Minutes to Midnight,
Afraid to Shoot Strangers, The Trooper, The Number of the Beast, Phantom of the Opera, Run to the Hills, Wasted Years, Seventh Son of a Seventh Son, The Clairvoyant, Fear of the Dark, Iron Maiden, Aces High, The Evil That Men Do en Running Free.


Iron Maiden

Mooie afscheidsfoto

Dit jaar "maar" twee plectrums, Iced Earth en Amaranthe

Het tijdschema waar we drie dagen mee gelopen hebben

Review van http://www.hln.be/
Vrijdag:
Finse folkmetal biedt Graspop eerste hoogtepunt
De weergoden speelden vandaag een plagerig spelletje met Graspop. De voormiddag vergalden ze deels met buitjes, en ook na de middag leek het de hele tijd alsof ze de Desselse wei zouden trakteren op een stortbui. Toch bleef het groene gras na de middag grotendeels droog. De sporadische vlaagjes motregen waren zo miezerig dat ze amper de benaming regen waard waren, waardoor geen van de tienduizenden bezoekers moest gaan schuilen en geen groepen plots voor een lege wei moesten spelen. 

Helloween
Tegelijk met Bliksem speelde Grave Digger zoals steeds een degelijke set op het hoofdpodium. Duitse Gründlichkeit, net als Helloween erna. Die laatsten, geflankeerd door grote opblaasbare pompoenen, zijn wat ons betreft de ideale festivalband zo ergens na de middag: prima als achtergrondmuziek bij een babbel terwijl je voet beweegt op het ritme van de muziek. Samen met ons leek het publiek toch vooral te wachten op oude hits als 'Future World' en vooral 'I Want Out', waarmee de groep een gesmaakt meezingmomentje creëerde. 

Korpiklaani
Mogelijk als gevolg van dat druilerige weer leken veel bezoekers een eerder afwachtende houding aan te nemen. Pas bij Korpiklaani in de marquee brak echt een feestje los, met fans die zelfs tot buiten de tent aan het dansen gingen. De met violen en een accordeon gekruide folkmetal van de Finnen staat dan ook steeds garant voor een feestje, en met songtitels als 'Wodka' en 'Tequila' heb je bij het Graspop-publiek toch al meteen een streepje voor. 

Op naar Papa Roach, dat voor een kleine aardbeving zorgde in Dessel na meerdere massasprongen in het grote publiek. De energie en de goesting spatten van het podium. Onze nostalgische honger werd bevredigd met golden oldies als 'Last Resort' en 'Obsession', maar tegelijkertijd konden we kennismaken met een volwassenere versie van Papa Roach. Opvallend veel feel good riffs en een chille vibe, al was het soms net iets te soft naar onze smaak. 

Vervolgens was het tijd voor een korte pitstop bij Heaven Shall Burn in een uitgelaten marquee II. De tent stond propvol voor deze Duitse metalcore van de bovenste plank. De nieuwkomers van de kersverse schijf 'Veto' gingen vlotjes binnen, samen met een portie mini-loempia's, de eerste vaste voeding van de dag.

Katatonia stond als volgende op de hectische planning. Begin december zagen we deze atmosferische Zweden al eens in de Biebob, en oh wat was dat een heerlijk optreden. De verwachtingen waren dan ook hoog. Na een valse vocale start herpakte Jonas Renkse zich en kwam hij op het niveau van de topmuzikanten die hem omringen. De setlist was in elk geval om je vingers bij af te likken. Klassiekers als 'July' en 'My Twin' werden moeiteloos afgewisseld met het nieuwere werk van de recentste plaat Dead End Kings (2012). Ook nummers vanop Night is The New Day (2009) kwamen rijkelijk aan bod. Dat Katatonia stevig uit de underground aan het kruipen is, werd nog maar eens bewezen door de mooie opkomst. Een toppertje vandaag. 

Wikken en wegen
Door de verschuiving van Soulfly, hebben we Max Cavalera aan ons moeten laten voorbijgaan voor Kreator, al hoorden we achteraf dat iedereen door het dolle heen was met een resem lekkere 'Sepulturaatjes'. Kreator zette er ook meteen de beuk in, met 'Phantom Antichrist' van de gelijknamige nieuwste cd. Ze gingen naar goede traditie weer hard, en hadden het podium omgetoverd tot een knekelveld, inclusief trappen voor de muzikanten. Frontman Mille Petrozza hield niet op het publiek op te jutten, en kreeg dan ook moeiteloos zijn handjes, vuisten en moshpits. Opvallend aan Kreator is trouwens hoe lang de groep al meedraait, maar hoe ze toch altijd relevant weet te blijven en andere mensen weet te boeien. Illustrerend daarvoor is hoe die ene fan rechts voor ons gek werd van 'Flag of Hate', terwijl iemand aan de linkerkant wakker werd bij 'Violent Revolution' en nog een andere bij 'Phobia', met luid gebrul als resultaat. Alsof dat nog nodig was, kwam Petrozza nog slijmen dat het Graspop-publiek zo geweldig is. We weten het Mille, we weten het. 

Zaterdag:
Ook 'supergroep' Rockstar kon niet ontsnappen aan onze keurende blik. Tim 'Ripper' Owens is een vaste klant op de Graspop-podia, waar hij al stond als zanger van Judas Priest, Iced Earth, Dio Disciples en zijn eigen groep Beyond Fear. Met Rockstar heeft hij een stel muzikanten bij die hun strepen verdiend hebben bij grote namen als Scorpions, Alice Cooper en Whitesnake. De wei kreeg dan ook een bloemlezing uit het oeuvre van al die bands, zoals 'Rainbow in the Dark' van Dio, 'Rock you like a Hurricane' (Scorpions) of afsluiter 'Heaven and Hell', dat wijlen Ronnie James Dio inblikte met Black Sabbath. Dergelijke krakers scoren natuurlijk altijd bij het Graspop-publiek, al loop je bij het coveren van zulke iconische nummers wel het risico dat het origineel een pak beter is. De 'Heaven and Hell' van Rockstar kwam wat ons betreft dan ook noch muzikaal noch vocaal in de buurt van het nummer dat de gelijknamige groep enkele jaren geleden speelde op de Metal Meeting. 

Zuipen! Dansen! Tankard kijken! "Thrashmetal will never die", was de boodschap die deze drinkebroers met veel overgave verpreiden. De sympathieke Duitsers hielden het gaspedaal dan ook flink ingedrukt, hoewel ze naar eigen zeggen toch al een dagje ouder worden. Na de aankondiging dat daarom een rustiger nummer zou volgen, ging het tempo nog meer de hoogte in. Jaja, het zijn kerels. 

Veel serieuzer ging het eraan toe bij het Noorse Dunderbeist, waarvan de leden een strikte dresscode hebben: witte hemdjes, zwarte broeken, een zwarte streep rond de ogen en zwarte gitaren met witte slagplaten. Dunderbeist let op details, en dat hoor je ook terug in hun afwisselende muziek. Complex ook, al slagen de twee zangers samen met de achtergrondzangers erin die eclectische brij te voorzien van een toegankelijk laagje. Dunderbeist lijkt in de Metal Dome veel zieltjes te hebben gewonnen, want terwijl de toeschouwers aanvankelijk eerder afwachtend reageerden, nam het applaus met elk nummer toe. Creativiteit loont dus, en deze band mag wat ons betreft zeker nog eens terugkomen op een groter podium. 

Ook voor UDO en Agnostic Front trokken we even elk naar een marquee: Over Udo Dirksneider kan je veel zeggen, maar zijn schuurpapierstem met grove korrel is wel herkenbaar uit de duizend. Als UDO serveerde hij in de marquee een stevige pot goeie ouderwetse metal, die ons bijzonder aangenaam verraste. Vooral de gitaristen werkten zich in de kijker, met loepzuivere solo's van een erg hoog niveau. Hun spelplezier was aanstekelijk, en ze hadden zoveel lol in hun Judas Priest-achtige 'kijk eens hoe cool wij naast elkaar staan met onze gitaar in de lucht'-poses dat ze elkaar mits hilarische kontbewegingen probeerden weg te duwen. Het oog wil ook wat, het is tenslotte wel Udo die daar staat. De zanger, die uitstekend bij stem was, posteerde zich tijdens die solo's graag achteraan het podium om zijn jonge honden hun momentje in de schijnwerpers te gunnen. De man verdiende dan ook wat rust, met zijn lange lederen jas en handschoenen op dat hete podium. Maar ja, je bent metal of je bent het niet. UDO bracht veel gesmaakte odes aan die metal, maar het dak ging er toch wel af met Accept-klassiekers 'Metal Heart' en 'Balls to the Wall'. Het publiek zong zelfs de solo's mee, wat nog even bleef duren tijdens de tocht uit de marquee. Een van de beste optredens dit weekend voor de liefhebbers! 

Down hebben we spijtig genoeg gemist, al kregen we daar wel een interview met Slipknot voor in ruil, waarvan je de beelden binnenkort mag verwachten. Bij Saxon waren we wel van de partij. De oude rotten openden met 'Sacrifice' van hun jongste gelijknamige cd, maar speelden natuurlijk ook die oude krakers die het festivalpubliek wilde horen. En dat zijn er heel wat meer dan het massaal meegezongen 'Wheels of Steel' of afsluiter 'Princess of the Night'. Of wat dacht je van 'Denim and Leather', 'Motorcycle Man' of het zalige 'Crusader'? De band was al zogenaamd oud op een van de eerste edities van de Metal Meeting, maar de voorbije jaren heeft ook de jongste generatie Saxon ontdekt. Kwaliteit drijft boven, en de gretigheid van de bandleden bewijst dat ze die aandacht ook gewoonweg verdienen. Saxon is àltijd goed. 

In de andere marquee was het tijd voor Iced Earth, dat de plaats innam van W.A.S.P., en wat ons betreft echt de ideale vervanger was. Het was de eerste keer op Graspop met de nieuwe zanger Stu Block, die nog maar eens bewees dat een goede frontman zijn gewicht in goud waard is. Het zag er immers niet goed uit voor de Amerikanen toen zanger Matt Barlow de groep een tweede keer verliet om zich meer te richten op zijn job als politieman. Zelfs Tim Owens kon ondanks zijn enorme stembereik Barlow enkele jaren voordien niet doen vergeten, dus hoe vul je in godsnaam die gigantische schoenen? De verlossing heet Stu Block, die zowel vocaal als qua podiumprésence perfect zijn mannetje staat. Hij imiteert Barlow bovendien niet, maar slaagt erin zijn eigen smoel te behouden: hoed af. Om de jongste cd 'Dystopia' in de verf te zetten opende de groep met het titelnummer, al duurde het even voor de gitaren luid genoeg in de mix stonden. De nadruk lag erna op oud werk, hoewel ook 'V' - "maak allemaal het vrijheidsteken!" - en 'Anthem' nog langskwamen. Terwijl de bombastische metal van Iced Earth erg serieus is, kon er ook een grapje vanaf: Block kondigde een nummer aan voor de aanwezige dames, "alle vijf". De fans van Iced Earth zijn inderdaad vooral mannelijk, al nuanceerde Block meteen: "Ik heb geteld, het zijn er zeven!" 'I Died for you', het nummer voor die vrouwen, blijft desondanks een topper, en die andere valse trage 'Watching over me' slaagt er keer op keer in ons kippenvel te bezorgen. "Dit is een nummer dat Jon (Schaffer, gitarist, nvdr.) schreef voor zijn maat die omkwam in een motorongeluk, en een nummer voor iedereen die al eens iemand heeft verloren", zei Block. Misschien kan je Iced Earth het iets te geforceerde handjesklappen en zo verwijten, maar het is dankzij de komst van Block alleszins een band met een toekomst. Dat bewees ook de grote belangstellling en de vele vuisten die de lucht ingingen. 

Zondag:
De derde en alweer laatste Graspop-dag lokte maar liefst 50.000 festivalgangers naar een zonovergoten Dessel. Headliner Iron Maiden bestormde de massa met een helse hitparade, terwijl In Flames en Parkway Drive een gooi deden naar het record crowdsurfen. Jason Newsted zorgde met zijn soloproject dan weer voor de flop van de dag. In totaal waren maar liefst 135.000 metalfans getuige van deze geslaagde Graspop-editie. We kijken alvast halsreikend uit naar de eerste bekendmakingen voor 2014, al gaan we eerst nog even overlopen wat deze zondag te bieden had. 

Dat de diversiteit in de line-up ook vandaag groot was, ondervonden we aan den lijve toen we ons naar Bullet repten voor een streepje old school heavy metal. Even leek het alsof we in een teletijdmachine gesprongen waren naar de hoogdagen van de eighties. Het plaatje klopte helemaal: strakke jeansbroeken, lederen jasjes, ontblote borstkassen, fluffy kapsels en een aanstekelijke sound. Doe daar nog een berg synchrone gitaarmoves en de krachtige heavymetalstem van Hell Hofer bij en je krijgt het perfecte startschot voor een dag die afgesloten zou worden door Iron Maiden. De geamuseerde toeschouwers in een aardig volgelopen metal dome leken deze nostalgische trip samen met ons best te appreciëren. 

Moonspell moest al om 14.40 uur spelen in de marquee, wat ons betreft veel te vroeg. De duistere, meeslepende metal van de Portugezen verdient maneschijn, al leverde de lichtman in de tent een flinke inspanning om een intieme sfeer te creëren. Na enkele nummers was het publiek dan ook helemaal mee met de groep, die volgens zanger Fernando Ribeiro recht uit het vliegtuig kwam. Na het feest van oude nummers tijdens de vorige Graspop-passage speelde de hechte band deze keer heel wat nieuw werk, zoals 'Alpha Noir' en 'Em Nome Do Medo'. De klassiekers werden echter niet vergeten: 'Opium' (ook wel 'oapejoeng' voor de ingewijden in de misheard lyrics) en 'Vampiria' blijven betoverend, en van 'Alma Mater' kregen we kippenvel. Ribeiro droeg 'Full Moon Madness' ten slotte op aan de fans. 

Wat misschien beter ook op een andere plaats op de affiche had gestaan is Red Fang, want de Metal Dome zat vol voor de aanstekelijke zware (stoner)rock en metal van de Amerikanen. Bij het publiek begonnen de drie dagen festival inmiddels hun tol te eisen, en veel mensen pikten Red Fang dan ook gewoon mee vanop de grond voor de Metal Dome. 

In Marquee 1 werd na Moonspell ook God Seed geplaagd door de zon die aan de tentopening kwam piepen. Het publiek druppelde maar mondjesmaat binnen voor de 'opvolger' van Gorgoroth, maar de bezwerende duistere black metal van de groep is dan ook een hele hap. Toen de band een vervelende sustain iets te lang liet piepen hielden we God Seed maar voor bekeken, en zochten we onze toevlucht tot iets beter verteerbaars. Keuze genoeg op dat vlak trouwens, want het valt elk jaar toch weer op hoeveel verschillende eetstandjes Graspop heeft. Poffertjes, loempia's, pannenkoeken, barbecuevlees, broodjes, fruit, pizza's, chips op stokjes, oesters, paella, churros, veggiekost, kippenburgers... je vindt het allemaal. Festivalgangers hoeven al lang niet meer te overleven op frieten en hamburgers, al gaan die natuurlijk nog altijd vlot over de toog. Graspop heeft dit jaar zelfs een 'all you can eat'-barbeque, terwijl de bierliefhebbers voor wat Leffes terechtkunnen in de Belgian Beer Bar. 

Maar Graspop draait natuurlijk vooral rond de muziek. Toen Stone Sour verscheen stond het plein al overvol, grotendeels in afwachting van Iron Maiden. Al vroeg in de set koppelde Corey Taylor terug naar de eerste verschijning van Stone Sour op Graspop in 2003, tot groot jolijt van een uitgelaten bende. Even leek het alsof een onevenwichtig geluid roet in het eten zou gooien, maar dat werd gelukkig snel rechtgetrokken. Een ode aan Black Sabbath in de vorm van 'Children of the Grave' schudde ook mensen die rustig stonden te tateren in de buurt van de halvelitertent even stevig wakker. Bij 'Get Inside', de plaat waarmee ze in 2003 hun Graspop-debuut openden, ging iedereen hevig uit de bol. De occasionele uitschuivers op Taylors stembanden leken bovendien niemand te hinderen. Persoonlijk vonden we de set eerder aan de platte kant, op een stevig begin en een knaller van een einde met '30/30-150' na. Wat we toen echter nog niet wisten, was dat Taylor na een tuimel tijdens het Slipknot-concert gisteren met een behoorlijk geblesseerde knie zat. 

Papa Emeritus en zijn Nameless Ghouls doken op in de Metal Dome. Ghost weet zich ook na de initiële hype rond de gemaskerde en in pijen gehulde muzikanten staande te houden met een heel toegankelijk, bijna poppy en soms dansbaar geluid. Niet onze favoriete band, maar de bijwijlen mierzoete melodieën en uitstekende samenzang boden een aangename verpozing tussen veel harder geweld. De aanzienlijke belangstelling bewees dat Ghost zijn plaats op de Graspop-affiche zeker verdient. 

Crowdsurfrecord
De infectie die begon te woekeren bij Parkway Drive liet ook In Flames een gooi doen naar het crowdsurfrecord van Graspop 2013. "I want to set a fucking record", klonk het toen de charismatische frontman zijn gevolg aanspoorde om zoveel mogelijk mensen de lucht in te krijgen op hetzelfde moment. Ook de "ouwe zakken achteraan" moesten richting de dranghekkens vliegen. Toen we plots ook een buitengewoon enthousiaste rolstoelgebruiker over de mensenzee zagen zweven, werden onze kleine oogjes lichtjes waterig. Nergens zoveel verdraagzaamheid als op een metalfestival! Een kleine tip aan de organisatie: plaats bij beruchte crowdsurfbands volgend jaar misschien een paar fotografen om de uit de frontstage snellende fans te vereeuwigen in beeld. De kick van op handen gedragen te worden brengt namelijk prachtige taferelen teweeg. Zo zagen we iemand die halverwege neerknielde, de grond kuste en even op adem kwam om het moment te koesteren en vervolgens aan een sneltempo terug in de bruisende massa te duiken. 

Tegelijk met In Flames speelde The Sword in de Metal Dome. Terwijl veel bands tot vervelens toe roepen om 'hey hey hey'-handjes, had deze band dat misschien beter wat meer gedaan. Interactie met het publiek was namelijk niet te bespeuren. Pas tegen het einde van het optreden konden er enkele woordjes vanaf tussen de nummers, waardoor de vonk niet echt oversprong. Je kan natuurlijk opteren de songs voor zich te laten spreken, maar dan kunnen we thuis ook wel een cd opzetten. De muziek, die wat aan Black Sabbath en Led Zeppelin doet denken, werd desalniettemin prima gespeeld. Tegen het einde van het optreden stonden we wel al lang buiten de Metal Dome, te kijken hoe mensen van de mechanische stier vielen aan de Jupiler-stand. 

Tijd voor de kers op de Graspop-taart: Iron Maiden. De hele dag lang hoorden we andere bands verwijzen naar de magie die ons nog te wachten stond met "de beste metalband op aarde". Naarmate de klok richting de 21 uur tikte, liepen de verwachtingen dan ook steeds hoger op. Na vijf jaar afwezigheid stond Iron Maiden voor de zevende keer op Graspop en dat werd symbolisch gevierd met een terugkeer naar 'Seventh Son of a Seventh Son'. Sterke visuals van ijsbergen, smeltende gletsjers en natuurrampen kondigden de komst van Bruce Dickinson en zijn vakmannen aan. Openen deed Maiden met het eerste nummer op 'Seventh Son'. Met 'Moonchild' liet het zestal van noot één zien hoe het moet, al waren we heel even twijfelachtig over het stemgeluid van Bruce. Met monsterhits als 'Can I play with Madness', 'Trooper' en 'Run to the Hills' maakte hij echter duidelijk dat er op "Iron fucking Maiden" nog lang geen vervaldatum staat. "We komen nog terug", klonk het meermaals. Een andere veelvoorkomende catchphrase was "Scrrrrream for me, Graspop", al sleurde hij er soms ook totaal onbezonnen dingen bij, zoals "Huh? Shit on my boot". Naast puur muzikaal vakmanschap en bergen entertainment, was het ook een parel van een podium. Dickinson speelde op meer dan één moment een aardig staaltje theater in een prachtige omgeving. Bij elk nummer verscheen een knappe backdrop, vergezeld van een frontman in een nieuw jasje, met soms zelfs ook een ander kapsel. Doe daar nog wat trapjes en niveauverschillen (lees: een speelterrein voor Bruce), spectaculaire pyrotechnics en drie verschillende grote Eddy's bij en je krijgt de ingrediënten voor een onvergetelijk concert. Waar ze de energie blijven halen, Joost mag het weten. Opvallend goed in vorm was gitarist Janick Gers, die als een jong veulen over het podium paradeerde en zowat elk gitaarkunstje 'known to man' uit de kast haalde. Ook bassist Steve Harris wist onze aandacht te stelen, zijn vingervlugge speeltechniek maakt plectrums namelijk compleet overbodig tijdens snelle riffs. Het lekker grollende basgeluid deed ons bovendien keer op keer hunkeren naar het volgende kortstondige solomomentje. Het gemak waarmee deze heren hun helse hitparade over de mensenzee uitstrooiden, is eigenlijk moeilijk te vatten. Conclusie: het vakmanschap van Iron Maiden maakte deze geslaagde Graspop-editie helemaal compleet. 

Wie daarna nog steeds geen afscheid wou nemen, kon nog richting de metal dome trekken, waar tot 5 uur een stevig feestje gehouden wordt. Wij gaan ons daar nu alvast een fris pintje gaan bestellen na een heerlijke, maar o zo uitputtende Graspop-reportage. Tot volgend jaar! 






Geen opmerkingen:

Een reactie posten